Tip voor de feestdagen. (De letter D. staat voor de persoon met dementie)

Kerstmis.

Niet te vroeg de kerstversiering ophangen en een kerstboom neerzetten, dan meent D. dat het dan al kerstmis is. Dit pas doen wanneer kerst nadert, bijvoorbeeld de 24e december.
Zet de kerstboom op een plek waar D. deze kan zien vanuit de vaste fauteuil waar hij/zij altijd zit. Liefst ouderwetse versiering gebruiken, dus geen moderne ballen en slingers. Vroeger waren groen, goud en rood de traditionele kerst kleuren. Ga samen de boom versieren. Als het klaar is, gaan zitten en van de mooie boom genieten en dan pas rustig en liefdevol kerstliedjes gaan zingen. Liefst de liedjes van vroeger, die door kinderen al zittend onder de kerstboom werden gezongen.
Misschien zijn er kinderen in de buurt die langs willen komen om dat te doen. Hier niet teveel mensen bij uitnodigen, hoogstens twee of drie, inclusief de partner, familie of een hele goede bekende.
Vroeger waren er met Kerst geen cadeautjes. In ieder huishouden werd wel iets speciaals gemaakt met de kerst. Het verschil is alleen wel dat het eten vroeger eenvoudiger was. Leuk om met elkaar te uit te vinden wat toen gebruikelijk was en thuis zoal op tafel werd gezet. De boom niet te lang laten staan, want dan blijft het eeuwig kerstmis. Na twee dagen afbreken.

Oud en Nieuw.

Hierbij vooral aan vroeger denken, hoe het toen ging. Gezellig samen spelletjes spelen, Ganzenbord vooral. Vanaf de jaren vijftig (en nu ook nog) was er altijd een komiek (Wim Sonneveld of Toon Hermans, Wim Kan liever niet omdat die meestal over politiek praatte en vaak weet D. dat niet meer. Dan snapt D. het niet en kan angstig worden.)

Liever geen vuurwerk zelf afsteken. de kleine stokjes met de sterretjes zijn een leuk alternatief. Na het Nieuwjaar (dus na 12 uur) nog iets lekkers eten. Vroeger was dat vaak puree, kleine erwtjes (dus met een lepel eten, iedereen!) met stukjes zacht vlees in een lekkere saus. Of de traditionele oliebol. Of spekdikken, duivekaters en kniepertjes. Een spekdik is een kleine pannenkoek. Het werd en wordt vooral in Groningen en Oost-Friesland gegeten. Spekdikken bestaan uit stroop, eieren, roggemeel en spek. Een duivekater is een ovaal, zoet witbrood. Het wordt op een plaat gebakken in plaats va in een bakvorm. Kniepertjes hebben veel weg van stroopwafels: het zijn zoete, dunne, harde wafels. Kniepertjes worden vooral in Gelderland, Drenthe en Groningen gegeten.
En dan…naar bed! 

Opgetekend door Jacqueline Rempt tijdens een interview met dr. Anneke van der Plaats.

Dr. Anneke van der Plaats is sociaal geriater en co-auteur van:
De wondere wereld van dementie
Het demente brein. Omgaan met probleemgedrag.
Meer kwaliteit van leven. Integratieve persoonsgerichte dementiezorg.
De dag door met dementie

 
    15-12-2015 00:00